Antigastrische pariëtale celantilichaam
Anti-maag pariëtale celantilichaam (PCA) werd voor het eerst ontdekt in het serum van patiënten met kwaadaardige bloedarmoede door Taylor en anderen.Het doelantigeen bevindt zich in het membraan van de pariëtale cel secretoire tubulus microvilli, een soort microsomaal deel in het cytoplasma en een soort op het plasmamembraan Lipoproteïne. PCA heeft orgaanspecificiteit en reageert niet met andere organen dan de maag, maar heeft geen soortspecificiteit, daarom kunnen maag- of rattencellen van de maag of ratten als antigenen worden gebruikt. De Ig-soorten PCA zijn voornamelijk IgG en IgA (ook een kleine hoeveelheid IgM), IgG zit voornamelijk in serum en IgA komt vaker voor in maagsap.
Het materiaal op deze site is bedoeld voor algemeen informatief gebruik en is niet bedoeld als medisch advies, waarschijnlijke diagnose of aanbevolen behandelingen.