Intraoculaire druk
De druk in de oogbol wordt kortweg intraoculaire druk genoemd. Het is de evenwichtsdruk die wordt uitgeoefend door de inhoud van het oog op de oogbolwand. De IOP van een normaal persoon is gestabiliseerd binnen een bepaald bereik om de normale vorm van de oogbol en de visuele functie van het oog te behouden. Normale IOP varieert van 1,47 tot 2,79 kPa (11 tot 21 mmHg). De methoden voor het detecteren van intraoculaire druk omvatten vingertonometer en tonometermeting. Met de vingermethode kunnen de ogen van de patiënt op natuurlijke wijze naar beneden kijken. De onderzoeker raakt de oogbol met de toppen van twee wijsvingers van boven de bovenrand van het ooglid. Schat het niveau van de oogdruk in op het gevoel van fluctuatie binnen handbereik. In het algemeen is Tn normaal, is hoge intraoculaire druk T + 1, 2, 3 en is lage intraoculaire druk T-1, 2, 3. Tonometer meetmethoden zijn onderverdeeld in twee typen: inspringen en afvlakken. De tonometer Schiotz wordt meestal klinisch gebruikt en meet de intraoculaire druk door het centrale hoornvlies met een bepaald gewicht te laten inspringen.
Het materiaal op deze site is bedoeld voor algemeen informatief gebruik en is niet bedoeld als medisch advies, waarschijnlijke diagnose of aanbevolen behandelingen.